De invloed van isolatie op de interne klok: een overzicht van experimenten onder de grond

Spread the love

Het eerste onderzoek: Michel Siffres ondergrondse ervaring in 1962

Op 14 september 1962 verliet een Franse wetenschapper een grot na 63 dagen in volledige isolatie te hebben doorgebracht, zonder toegang tot natuurlijk licht. Michel Siffre had in deze periode slechts een lamp van vier volt voor verlichting in zijn ondergrondse verblijf.

Hoewel hij een ervaren geoloog was, had zijn verblijf onder de grond niet met rotsen te maken. In plaats daarvan voerde hij een experiment uit over hoe het lichaam de biologische klok aanpast zonder blootstelling aan zonlicht.

Al snel merkte Siffre dat hij niet meer volgens hetzelfde slaapritme als mensen op het aardoppervlak functioneerde. Zijn waakuren verlengden zich tot ongeveer 25 uur per dag, waardoor de twee maanden onder de grond voor hem meer leken op één maand.

“Na een of twee dagen vergeet je wat je enkele dagen eerder hebt gedaan,” vertelde hij aan het tijdschrift Cabinet. “De enige dingen die veranderen, zijn wanneer je wakker wordt en wanneer je naar bed gaat. Daarnaast is alles volledig zwart. Het lijkt op één lange dag.”

Doel en financiering van het onderzoek

Het onderzoek werd gedeeltelijk gefinancierd door het Franse leger dat wilde onderzoeken of het mogelijk was om soldaten langer wakker te houden. Daarnaast droeg NASA bij, omdat men wilde onderzoeken of het weghalen van mensen uit de zonnecyclus van de aarde hun slaappatronen zou kunnen verstoren.

Bij zijn terugkeer moest Siffre speciale zonnebrillen dragen om de overweldigende, glare-achtige zon te kunnen verdragen. Ook had hij hulp nodig om zich te bewegen omdat hij nauwelijks gewend was te lopen na zo lange tijd in volledige duisternis te hebben doorgebracht.

Latere experimenten en gebeurtenissen

Later was Siffre betrokken bij andere ondergrondse experimenten. In 1964 plande hij een reddingsmissie nadat hij alarm had geslagen over langdurige stilte op de microfoon van een andere grotgenoot. Het bleek dat het slachtoffer 34 uur lang had geslapen, toen hij werd ontdekt.

In 1999 keerde Siffre terug in een grot voor een periode van drie maanden, waarin hij de millenniumbelt zocht te ondergaan. Om Nieuwjaar te vieren, bracht hij champagne en foie gras mee, waardoor hij alleen kon vieren.

Door het gebrek aan tijdsbesef was hij echter vergeten dat het ondertussen 4 januari was geworden. Hij had de dagen verloren uit het oog en vierden feitelijk op 4 januari zonder het te beseffen.