De meestvoorkomende dingen in huis die verraden dat je stijl én geld mist — Nederlanders zijn dol op één ervan

Spread the love

De uitstraling en indeling van je interieur onthullen meer over je dan je denkt. Je huis is in zekere zin een spiegel van je voorkeuren, persoonlijkheid en zelfs je stemming. En dat merk je niet alleen zelf — ook bezoek let (vaak onbewust) op details.

Welke interieurtrends doen volgens experts afbreuk aan je woning?

Smaak is natuurlijk persoonlijk. Wat voor de één werkt, vindt de ander spuuglelijk. Toch is er wel consensus over bepaalde ‘faux pas’ in het interieur. De meeste mensen — en zeker interieurontwerpers — zijn het erover eens welke zaken goedkoop of zelfs een tikkeltje smakeloos kunnen overkomen. Tijd dus om kritischer te kijken naar je eigen woonkamer, keuken of zelfs je studentenkamer in Amsterdam-West.

Ledstrips in regenboogkleuren: hype anno nu, maar ontwerpers zuchten erom

Ledstrips met felle kleuren — van regenboog tot compleet disco — zijn de afgelopen jaren razendpopulair geworden. En eerlijk is eerlijk: in sommige settings geven ze nét dat beetje extra sfeer. Maar in de meeste huizen raden interieurontwerpers ze toch echt af.

Het lijkt zo gezellig: gekleurde lichten die een optimistische vibe brengen. Maar na een tijdje verandert zo’n bonte verlichting vaak in een onrustig element dat het geheel rommelig maakt.

Of het nu aan de flat in Utrecht of aan het landelijke huis in Drenthe ligt — luxe straalt het niet bepaald uit. Wil je tóch met ledverlichting werken, kies dan voor maximaal twee kleuren. Combineer die bewust met de rest van je interieur, bijvoorbeeld passend bij accessoires van HEMA of het hout van een Nederlandse fabrikant.

Ledstrips zijn volgens kenners écht zelden een goed idee.

Nep-luxe: goedkope imitaties werken zelden in je voordeel

Ook een type decor waar designers vaak hun wenkbrauwen bij optrekken: meubilair en accessoires die luxe moeten lijken maar het gewoon niet zijn. Denk aan nepdiamanten in vaasjes, superglanzend kunststof dat net-doet-alsof-het-zilver-is of imitatieleren stoelen die ruiken naar chemie.

Dergelijke spullen komen niet alleen wat smakeloos over, ze kunnen ook de indruk wekken dat de bewoner vooral op uiterlijk is gesteld. Overigens — voor de helderheid — betekent het absoluut niet dat iedereen met een nep-gouden kandelaar geen smaak heeft. Maar het risico op een ‘nep’ uitstraling ligt wel op de loer.

De betere keuze? Investeer in kwalitatieve materialen zoals massief hout of mat metaal. Je hoeft geen designklassieker van Piet Hein Eek te kopen. Ook eenvoudige, maar echte, materialen stralen kwaliteit uit.

Te veel sierkussens: gezellige valstrik

Interieurspecialist William Hanson waarschuwt ook voor het hamsteren van kussens. Vooral de mengelmoes — souvenirs uit Barcelona, een paar van de IKEA Sale, vintage van Marktplaats — kan je zithoek snel rommelig maken.

Minder is meer: focus op kwaliteit, eigenheid en orde

Het belangrijkste advies van veel interieurontwerpers anno 2025: wees terughoudend met accessoires, kleuren en materialen. Het eindresultaat oogt sterker als het overzichtelijk, authentiek en verzorgd blijft.

Minder (maar bewuster gekozen) items geven écht meer effect.

Maak vóórdat je losgaat op die nieuwe wooncollectie bij FonQ even een plan. Kies vooraf kleuren en materialen die bij elkaar passen en wijk daar niet meer van af. Een tweetal mooie kunstwerken aan de muur werkt vaak veel beter dan een explosie van 15 verschillende wanddecoraties.

Minimalisme wordt zelfs door psychologen aangeraden. Visueel chaotische omgevingen kunnen je hersenen vermoeien en stress geven. Een rustig, harmonieus interieur daarentegen geeft vertrouwen en brengt kalmte — zelfs na een natte maandag in Rotterdam.