De waterlekkage en de gevolgen
Recentelijk heeft een waterlek in het Louvre in Parijs schade veroorzaakt aan honderden boeken. Deze lekkage brengt verdere zorgen met zich mee voor ’s werelds grootste museum na een spectaculaire diefstal in oktober. Volgens een woordvoerder van het museum betroffen de beschadigde boeken tussen de 300 en 400 exemplaren, daterend van de late 19e eeuw tot het begin van de 20e eeuw. De lekkage vond plaats op 26 november.
De oorzaak van het incident was een foutief geopende klep, die deel uitmaakt van een inmiddels niet meer functionerend sanitair systeem. Dit systeem is enkele maanden geleden afgesloten en zal worden vervangen tijdens renovatiewerken die starting in september 2026 gepland staan. De woordvoerder benadrukte dat de teksten gerelateerd zijn aan Egyptologie en wetenschappelijke documentatie. Hoewel deze documenten regelmatig worden geraadpleegd door bezoekers, zijn ze niet de enige exemplaren wereldwijd. Na het droogproces en herstel zullen de boeken weer op hun planken worden geplaatst.
Verwachte impact en beveiligingskwesties
Hoewel het niet lijkt dat de collectie blijvende schade heeft opgelopen, is deze waterlekkage een extra zorgpunt na de inbraak op 19 oktober. Tijdens deze inbraak werd de Apollo-galerij op de bovenverdieping van het museum overvallen. De dieven maakten gebruik van een ladder op een vrachtwagen om via een raam binnen te komen. Ze braken in twee vitrines en wisten negen voorwerpen te stelen, waaronder een diamanten en saffieren juwelenketting die door Koningin Marie-Amélie en Koningin Hortense werd gedragen.
De dieven slaagden erin om in slechts zeven minuten buit te maken met een geschatte waarde van meer dan 100 miljoen dollar (150 miljoen dollar). Deze gebeurtenis leidde tot wijdverspreide zorgen over de veiligheid, vooral vanwege de failure van de beveiligingsmaatregelen. Het incident toonde aan dat het beveiligingssysteem tekortschiet in het beschermen van de enorme waardevolle collectie.
Structurele problemen en plannen voor vernieuwing
Het museum erkende daarnaast dat het kampt met „structurele problemen”, die verband houden met de bouw en ontwikkeling sinds eind 12e eeuw. Vorig jaar verwelkomde het ongeveer 8,7 miljoen bezoekers. In november maakte het museum bekend dat het de ticketprijzen zou verhogen om een moderniseringsprogramma te financieren.
Vanaf 14 januari 2026 kosten individuele tickets voor bezoekers buiten de Europese Economische Ruimte (EER) 32 euro, wat een stijging van 45 procent is ten opzichte van de huidige prijzen. Deze extra inkomsten van ongeveer 15 tot 20 miljoen euro per jaar zullen worden geïnvesteerd in de verbetering van de infrastructuur en renovaties binnen het museum.